Via Santa Cruz en Santiago naar Valparaiso

15 december 2017 - Valparaíso, Chili

11-12 Naar Santa Cruz en Curico.

Als ik zonder bril en een beetje slaapdronken door het wat verweerde plexiglas van de achterdeur kijk tijdens een plasje, om een uur of zes, zie ik een poema scharrelen op de camping. Tussen de picknick banken en bij het kleine tentje waar een van de campingjongens in slaapt. Hij zet overal geursporen uit om later zijn oogst op te halen, denk ik. Wel vreemd dat hij zich zo dicht bij de oceaan waagt, en het is al daglicht. Maar misschien heeft deze nachtjager slecht gescoord vannacht en moet hij zijn honger nog stillen.

Twee uur later ben ik aan een van de buitenste picknicktafels van de verder nog stille camping hard bezig dikke fotobestanden door het nauwe gaatje van het internet te persen, met als achtergrond beeld en -geluid de mooie rollers van de grijze oceaan. Het spettert een beetje, maar hier, 25 meter van ons rolling home, heb ik goede ontvangst van de wifi. Opeens word ik van achteren zachtjes aangestoten. De poema, denk ik onwillekeurig als ik iets camelkleurigs zie in mijn ooghoek. Maar het is een stevig uitgevallen boxer die wat aandacht wil. Wat heb ik nou gezien vanmorgen vroeg?

Chili is, net als andere landen op dit continent, een land waar honden ongestraft hun eigen plaats opeisen. De meesten lijken geen baas te hebben en opereren in kleine groepjes. En hebben kenbaar een eigen territorium. Ze maken graag ruzie met waakhonden die achter de hekken zitten. Aan urenlang geblaf in de nacht kun je maar beter snel wennen. In ons als wandelaars zijn ze over het algemeen niet geïnteresseerd, behalve als ze verwachten dat er wat te eten valt. Op de camping aan de oceaan zijn er verschillende groepjes. Een clubje onder aanvoering van een namaak Duitse herder die het strand terroriseert. Elke andere hond zonder baas wordt weg geblaft of desnoods met geweld verdreven. De campinghond hoort bij ons, of andersom, en gaat dus mee als we het strand oplopen voor een wandeling. Een oud hondje, dat ook op de camping woont, wil ook mee en hobbelt er achter aan, maar zodra de terroristen hem zien zetten ze snel en hard blaffend de achtervolging in. Sneu. De strandhonden willen ook wel de camping op. Dan speelt de meest fitte camping hond flink op om ze te verdrijven. Het oude hondje komt tussen mijn voeten liggen. Ik hoor bij hem hoor, laat hij weten.   

Onderweg bij Constitucion zien we groepjes grote tenten. In de kleuren van circus of kermistenten. We vermoeden dat dit reizend werkvolk van een slaapplaats voorziet. Het lijkt ons nog niet raadzaam er met onze camper gewoon tussen te gaan staan. De stad kijkt uit op de oceaan met vlak bij een paar grote rotsen. Een er van is witgescheten door vogels die er boven zweven in de opwaartse stroming van de wind. Pelikanen, comoranten, meeuwen en scholeksters. Pas als we bijna teruglopen zien we op zeeniveau ook nog een kolonie zeerobben. Zomaar zonder excursie per bootje. Staat niet in de Lonely Planet, die aan het hele stadje geen enkel woord wijdt. Het is verder ook niet zo interessant. Een paar grote cellulosefabrieken die grote partijen hout verwerken. Dat hout moet er naar toe en niet vandaan, bedenken we als we bij de omhoog lopende uitvalsweg achter een zwaarbeladen truck met boomstammen aansukkelen. En ja, we komen ze ook tegen. Even beter afspreken jongens, dan hebben wij er minder last van.

Meestal mogen we bij een verkeerscontrole doorrijden na een vriendelijk goedendag, “waar gaat u naar toe?”. Maar met deze carabiniero valt duidelijk niet te spotten. “Rijbewijs!” Nicolette geeft haar rijbewijs. “Autopapieren”, zegt hij bars. Gelukkig hebben we die ook onder handbereik. Ons internationale rijbewijs, juist voor dit soort controles, ligt verstopt achterin de camper. Na alles gecheckt te hebben (openstaande boetes, andere schulden aan de overheid, onzedelijk of terroristisch gedrag) wordt ons alsnog vriendelijk een goede reis gewenst.

We kiezen vandaag uiteindelijk voor een camping in het binnenland want aan de kust is het kil en winderig vandaag. De campingjongens klagen al over een slecht voorseizoen door veel koude wind uit de verkeerde richting, waardoor het oceaanwater niet opwarmt. Een kort rondje pootjebaden bevestigt dat. Dus rijden we langs de Rio Mataquito naar het oosten. Halverwege breekt de zon door en hebben we mooi zicht op de druivenranken op de noord en zuidoever van de rivier. Het lijkt de Rhone vallei wel. We worden regelmatig gevraagd een paar flessen te kopen in de langs de weg gelegen wijnboerderijen.

Camping en cabanas Las Vertientes, even boven Curico, ligt volop te blakeren in de zon en heeft een zwembadje. De beheerder gaat het gelijk schoonmaken als we er bij aankomst enthousiast op reageren. De app IO zorgde voor enige twijfel, want dit is de enige camping op onze route naar Santiago. En niet geschikt voor campers? Dat blijkt in ons geval mee te vallen want er zijn geen andere gasten dus plek genoeg. Aardige lui, we worden ook nog vergast op verse kersen en mispels.

12-12 Terug naar Santiago.

De jongedame in het carré van de wijnwinkel moet er van blozen. We hebben net een lekker pittig slokje rode wijn geproefd. We zijn geen echte kenners maar proeven wel verschil. Een meervoudige dimensie. Ik vertel haar dat we tot nu toe alleen maar slobberwijn van Gato Negro hebben gedronken want die is lekker goedkoop en absoluut niet heftig. “Dat mengen ze met koude cola om het aan te passen aan de zoete smaak van de Chilenen”, flapt ze er uit. Je mag op je ‘concurrenten’ natuurlijk niet zo afgeven bedacht ze net te laat. Vandaar de blos. Ze herstelt snel. Er wordt wijn van twee finca’s verkocht. Het landgoed terplekke, Montes, en een uit Argentinië. Dezelfde eigenaar heeft ook nog een wijngaard in Nappa, California. Die heeft goed zaken gedaan. In Argentinië ontdekten we de vorige keer de druif Malbec. Ze waarschuwt, die is hier in Chili wel wat zwaarder dan in Argentinië. We kiezen een paar flesjes van verschillende druiven uit. Om de komende week te proeven. In Nederland zit ook een importeur van deze firma, dus wie weet bestellen we nog een paar doosjes om het af te leren. Halverwege ons bezoek komt er nog een stel landgenoten binnen. Zij stuntelen minstens even goed in het Spaans als wij. Maar de jongedame lost ook dat prima op met een paar woorden Engels. Ze proeven uit dezelfde fles. Ik flap er uit: hij is best lekker hoor. De man kijkt licht geirriteerd op en zegt: “Ja, dat zal wel”. Zijn vrouw is wat vriendelijker en nog wel bereid tot een praatje.

Na een kort bezoek aan Chépica, waar we op het dorpsplein nog even kunnen internetten en de kerk bewonderen, is Santa Cruz de volgende stop. In het hart van een groot wijngebied. Een levendige stad met mooi ruim restaurant waar je voor weinig geld koffie met een chocoladetaartje kunt eten. Met ons gewicht gaat het de verkeerde kant op. Teveel zitten en teveel snoepen en teveel drankjes. Dat moet snel weer veranderen. Op het centrale plein is een kantoortje van de verzamelde wijnboeren dat allerlei excursies aanbiedt. En als het je alleen maar om de wijn zelf gaat kun je die ook ter plekke kopen. Kun je ook op een finca slapen? Jawel maar dat is wel wat prijzig zegt de signora. Je bent gauw 1000 dollar kwijt voor een nachtje. Dan moet je toch heel wat eten en drinken met gevaar op hoofdpijn en verwarde ingewanden te volgende dag. Dat doen we maar niet. We nemen een boekje en een kaartje mee en steken de rivier over naar Millahue de Apalta, een langerekt gehucht waar een aantal belangrijke wijnhuizen zit. Je kunt overal naar binnen om je slag te slaan in de winkel. Er zit zelfs een outlet. De excursie bij Montes is al aan de gang. De volgende is voor ons te laat en we moeten nu ook niet uitgebreid gaan proeven als we nog een aardig stukje moeten rijden. Het is een prachtig landschap, mooi in cultuur gebrachte glooiende hellingen met hoge bergen op de achtergrond.

De auto en de kampeerbak moeten wel schoon voor morgen. Dus we zoeken een Copec station met wasinstallatie om de blubber, het stof en de andere vuiligheid er af te spuiten en te poetsen. Ruim een uur zijn we bezig. Hopen dat Marlou daar tevreden mee zal zijn.

In Maria Pinto strijken we neer om een koude pannenkoek van gisteren soldaat te maken. Op het marktplein wordt alles in gereedheid gebracht voor een bescheiden dorpsfeest. Kraampjes met prullaria, de muziektent wordt ingericht en de lampsnoeren opgehangen. Beetje zoals een dorpsfeest in Friesland. Zou hier ook zoveel gedronken worden? We zullen het niet weten want we rijden nu in een keer door naar Santiago. Op het Copec station bij de luchthaven strijken we neer. Het is ingericht voor overnachters met toiletten, een wegrestaurant en een permanente bewaking. We krijgen een speciaal plaatsje bij het restaurant voor de Wifi ontvangst en een beetje afstand van de weg. Tussen de twee banen van de snelweg in waardoor je in beide richtingen verder kunt. Morgen nog een paar minuten rijden naar de luchthaven om de andere auto op te pikken en dan naar  Marlou om ons rollende huisje in te leveren. En passant boeken we een hostel in Valparaiso. Dan zijn we weer even onder de pannen. Leve het internet.

13-2 Naar Valparaiso.

Het verkeer raast aan twee kanten langs. En wij liggen rustig te slapen. Nou ja, in de nacht is het een paar uur rustig maar om 5 uur begint het weer.

We geven KLM-cartrawler een tweede kans om ons goede service te verlenen na de problematische transfer in het begin. We zijn mooi op tijd voordat de passagiers van de internationale vluchten aankomen. Alle verhuurbalies zijn vrij. Econorent. Camila is een flegmatiek type. Spreekt langzaam maar duidelijk Engels. Gedecideerd. Hoe heet je, vraagt ze. We komen uit op Ed, dat is het makkelijkste. Ze is jong, blond. Bruine ogen.  Nicolette is nieuwsgierig. Heb je het geverfd of is het van je zelf? Nee het is echt. Mijn overgrootmoeder kwam uit Engeland. Ze laat nauwelijks merken dat ze zo’n Nederlandstalige voucher nog nooit heeft gezien. Ze checkt de nummers en zegt, toch een beetje verrast: “u heeft alles al betaald”. Kennelijk bijzonder. Alleen de tol in Santiago moet u apart afrekenen. Volgende keer moet u direct bij ons boeken, dan is het inclusief. We hebben het korte stukje naar de luchthaven met de camper gereden, maar vinden geen parkeerplaats. Alles is vol. Dan maar doorrijden naar de verhuurlokatie. Die is ook vol maar we zijn ook klant. Dus is er toch een plaatsje en Nicolet parkeert hem tot bewondering van de aanwezige chauffeurs netjes op een klein plekje.

Achter elkaar rijden we naar Colina om de camper in te leveren. We treffen de baas zelf, een joviale 50er. “If people of Chili rent a car that means they feel free to destroy it. Ze willen 5 dagen huren en dan naar Punto Arenas rijden (3000 km). Dat kan niet met deze campers, moet ik ze dan uitleggen.” Als we dat geweten hadden. We hebben goed op het ding gepast en de problemen met de gebroken beugel komen inderdaad door de aanschaf van nieuwe auto’s met de oude bakjes te combineren. We krijgen de gemaakte kosten netjes terug. We zien nog wat prachtige foto’s, ook van landschappen die we nog niet herkennen. “Dat is in het noorden. Idee voor jullie volgende reis?” oppert Marlou. Mmmmm. We geven nog wat suggesties voor verbeteringen. En horen dat er een enkele keer een ongelukje gebeurt met een van de ruim 40  campers die verhuurd worden. Op de zijkant gevallen in een zacht schuin talud langs de weg. Daar waren we al beducht voor want met het gewicht van het huisje op je laadbak is de combi wel minder stabiel.    

Ze hebben allemaal een diploma levensgevaarlijk rijden. En hoe dichterbij het centrum hoe meer ze dat laten zien. De chauffeurs van de stadsbussen in Valparaiso. En het zijn er veel. Links en rechts vliegen ze voorbij als je netjes 50 rijdt op de stadsautoweg. Gelukkig hebben we nu een auto die kleiner en sneller is waardoor we als het nodig is even kunnen optrekken of snel stilstaan. Het hostal is snel gevonden, met garage, in het centrum. Prachtige keuze.

Hosteria Las Poetes. Ze zet een groot kruis op het kaartje. ”Daar moet je niet naar toe, dan wordt je geript, sowieso van je camera en de rest misschien ook”. Ze maakt een veelbetekenende beweging langs haar hals. “Maar daar, in het centrum kun je rustig ‘s avonds rondlopen.” Het centrum is een soort citadel met smalle steile straatjes en veel trappen. Maar er zijn ook ascendeurs, schuine liften waarmee je omhoog kan. Met mooi uitzicht op de baai en de stad zelf. Graffiti hebben hier hun paradijs gevonden. De meest wonderlijke en exotische muurschilderingen.

De drie doen hun best de tent te vermaken. Vooral de bassist en de trombonist laten mooie improvisaties horen. De drummer zit nogal ongeinteresseerd naar buiten te kijken, hij zit vlak voor het open raam. Ik wil hem waarschuwen. Met een val uit het raam is een beroemde jazztrompettist aan zijn einde gekomen. Chet Baker in Amsterdam. Naarmate de tijd verstrijkt neemt de kwaliteit nog toe. Maar het publiek lijkt, op een enkeling na, alleen voor de sfeer gekomen, niet voor de muziek. Dus ons applaus valt een beetje hard in de ruimte en vindt maar beperkt bijval. De spelers zelf kijken aangenaam verrast op. Cerveceria Altamira. Met de apparatuur om zelf bier te brouwen in het pand. Je kunt een bierproeverij bestellen als je niet weet wat het lekkerst is. Stevig spul, verbazend stevig, de zoete smaak van de Chilenen kennende. We komen uit op het Duitse Alt bier.

14-12

Ignacio gidst ons door de stad. In zeer rap lastig te volgen engels. Volgende keer toch maar de traag gesproken spaanse groep kiezen? Hij begint met het stuk waarvan het hostel dringend adviseerde: blijf er weg. Een Nederlands meisje in onze groep wordt al na een paar minuten bijna bestolen. Gelukkig is er een vrouw die goed oplet. We stappen in een ‘rollercoaster’ bus naar boven. Een Mercedes, zoals veel wat hier rondrijdt. De chauffeur dwingt met zijn rijstijl respect af, maar als je er gevoelig voor bent wordt je snel misselijk in deze bus. Smalle straatjes met haakse bochten steil omhoog. En hou de vaart erin anders kom je niet meer weg. Een stad met veel gezichten. En een lange historie ook van de wijken waar we komen. De verguisde pauperwijk is door de overheid verwaarloosd na een aardbeving die de oorspronkelijke functies (markt, kantoren) verwoestte. Nu loopt er alleen kleine criminaliteit rond. Boven is een oude gevangenis omgetoverd tot sociaal cultureel centrum, met een groen park en een nieuw congres- en theatergebouw. Veel oudere Chilenen willen hier niet naar toe, omdat in het verleden, in het tijdperk van Pinochet, vaders, mannen en zonen zijn verdwenen via deze gevangenis. Dus het gebied is voor hen nog steeds belast.

Murales zijn de Zuid-amerikaanse muurschilderingen. Vaak van hoog artistiek niveau. Valparaiso is er beroemd om. Gisteren zagen we al een paar mooie exemplaren. Nu nog veel meer, met uitleg. Er zijn afspraken en regels om de mooie dingen wat langer te behouden. Maar er zijn ook mensen die hun initialen of andere kentekenen naast de mooie dingen spuiten. Om bekend, beroemd of berucht te worden. We hebben even geen spuitbus bij ons om onze identiteit te promoten. Dus blijven we maar ouderwets digitaal bezig met ons profiel. Het nederlandse meisje en haar vriend reizen zeven maanden rond in dit werelddeel. Ze hebben een auto gekocht in Santiago en hebben al een mooie trip gemaakt in het zuiden. Inclusief een meerdaagse ferry van Puerto Yungay naar Puento Arenas, om via Argentinie weer terug te rijden naar de Carretera Austral. Een route die echt wat toevoegt.

We rijden terug met een ouderwetse Trolley. Sommige bussen zijn uit de jaren vijftig, en nieuwere generaties zijn geimporteerd uit Zwitserland en Duitsland. Hij rijdt in het vlakke stuk van de stad. In een ringlijn, waardoor je nooit in de verkeerde stapt, je komt altijd bij de plaats van bestemming. Tot slot nog een klein drankje van de firma Free Tours met tip. Goedkope rode wijn met cola. Koud geserveerd.

We lunchen op het centrale plein. Tegenover de hoofdvestiging van de Chileense marine. Even verderop is ook de marinehaven en ligt het mooie Chileense opleidingsschip, de Esperanza. Het plaveisel suggereert dat het autoluw is. Maar dat is bedrog. Je bent op het plein je leven als voetganger niet zeker. Een mooi groen carré, zoals in andere steden, zou de leefkwaliteit van dit centrum ten goede komen. Dan moeten die bussen maar op de boulevard blijven. Gratis tip voor het stadsbestuur.

We zien al snel een kolonie pelikanen, op de pier. En een dikke lobbige zeerob op een grote drijvende meerstoel. Beloofd is beloofd. Want el capitano kon niet meer dan maximaal één lobos maritimo toezeggen. We huren een prive bootje voor een korte havenrondvaart, voor de collectivo is te weinig animo. Kom dan over twee uur maar terug. Tja, je kunt hier je ongeduld afkopen als je met zijn tweeën voor vijf wil betalen. Komt bekend voor. Een Chileense deal zullen we maar denken. Mooi om de stad vanaf het water te zien, en langs de grotere en kleinere zeeschepen te varen.

Vanmiddag moeten we ook nog in een van de steile liften waar de stad zo bekend van is. Daarna worden we aangesproken door drie dames in grijze pakjes van de gemeente. "Bent u zich bewust van de risico’s in deze stad?" Tja. "Dan hebben we hier een folder voor u om problemen te voorkomen, en in geval van toch een probleem, wat u moet doen." Het gemeentelijk preventieteam."En wat vindt u van de stad?" Prachtig! En relaxt. "Muchas gracias y buen viaje!"

Het terras hoort bij een van de betere hotels, met beter uitzicht en beter voedsel. Na de sobere maaltijden in de camper moesten we maar eens flink gaan brassen. Een pisco sour. Nog een en een flinke bel wijn. De vis staat niet op de kaart maar is geweldig inclusief garnituur. Naast ons een stel giegelende dames die participeren in de luxe ambiance met samen, één drankje en een glaasje water. Ze doen er twee en een half uur over. Knap.

Foto’s

5 Reacties

  1. Ria&Leo:
    15 december 2017
    Kan me nog plekjes uit je verhaal herinneren van onze reis in 1997
    Nog een paar dagen lekker genieten Ed en Nicolette!
  2. Willem:
    16 december 2017
    Nog ff genieten en dan weer naar ons koude kikkerlandje.
  3. Matteke de Vries:
    17 december 2017
    Mooie plaatjes jongens, humor ook!
  4. Essy:
    17 december 2017
    Weer genoten van jullie verhalen. Ik begrijp dat het laatste deel is aangebroken. Geniet er nog van
  5. Seddy en Jan:
    18 december 2017
    Jullie verhalen en reizen zijn prachtig, ik moet wel bekennen dat wij wat achter zijn geraakt met het lezen ervan, maar dat komt wel goed. Genieten jullie nog maar van alles.