In noordelijke richting

11 december 2017 - Curanipe, Chili

7-12 Entre Lagos

De stoeltjeslift brengt ons naar de rode krater. Er wordt hier nog geskied en je kunt ook canopy’en. Langs een staaldraad naar de overkant scheren. Je mag naar de top lopen, nog zo’n 700 meter hoger. Even melden bij de Conaf. We moeten helaas verder door de vanmorgen opgelopen vertraging. Osorno is een rustige vulkaan, de laatste 160 jaar, dus geen spectaculair gerommel. Dat zit aan de overkant van de vallei, de Calbuco. Die heeft 2 jaar geleden ellende veroorzaakt. Van flinke stenen tot gruis in een straal van 25 km. Huizen werden vernield en de veestapel ernstig aangetast. Gelukkig geen persoonlijke ongelukken. De vrouw en haar vader, beiden uit de buurt afkomstig, vertellen het dramatische verhaal van de uitbarsting. Kijk, als je die top ziet, die is vuilgrijs, deze hier is mooi wit. Dus de Calbuco strooit nog steeds met stof. Oh, komen jullie uit Holanda. Van de tulipos. Er is hier bij de Argentijnse grens een Hollandse die ze hier teelt, de bulbas. Is een prachtig gezicht die bloemenvelden. Hoe weten die tulpen nu of het voorjaar of najaar is? Als ze uit Nederland komen, raken ze dan niet in de war? Tja dat weet ze ook niet. Op internet lezen we later dat in Chili bollen geteeld worden die als najaarsbollen in ons land verkocht worden. Dan snap ik er niets meer van. Ik vertel haar dat we hier wel willen wonen, in Patagonië, maar alleen als het bij ons winter is en niet als het hier winter is. Dat zou mooi zijn ja, reageert ze peinzend.

Er rijdt een Argentijns gezin gelijktijdig met ons naar boven. Ze komen uit Buenos Aires. Hij heeft het hele stuk alleen gereden in zijn Vectra. Zijn vrouw zit er liever naast. Opvallend is dat we zijn Spaans veel beter verstaan dan het Chileens. We beginnen soms ernstig aan onszelf te twijfelen als we niets verstaan van wat er in een winkel aan ons gevraagd wordt.

We spreken ook nog met een Braziliaanse Nederlander. Hij concludeert na twee zinnen Engels dat we beter in onze eigen taal kunnen communiceren. Gelijk heeft hij, alleen zijn wat jongere Braziliaanse vrouw verstaat er niets van. Hij woont al 15 jaar in Brazilië. Hij is erg geinteresseerd in onze camper. “Ik heb al zo’n pick up truck, en mijn zoon ook, dus we hoeven alleen maar zo’n bakkie te kopen. Kunnen we hem samen gebruiken. Ik heb er al naar gezocht, bij ons te koop voor 75.000 Rey”. Hoeveel euro is dat? “Ongeveer 18.000”. Mmmmm. Zullen wij ook maar een flinke pick up truck kopen? “Oja, die skilift is erg de moeite waard, zou ik zeker even instappen”.

De bestijging van de vulkaan was een spontane actie. We rijden pardoes naar rechts de bochtige maar goed geasfalteerde weg op. We zagen gisteren al door de kijker dat er aan het einde van het weggetje skiliften zijn. De uitzichten zijn mooi, al is de overkant van het meer erg wazig. Boven op de berg is het een vervreemd maanlandschap. Rood en zwart gruis als vloerbedekking, hier en daar grote stukken gestold lava. Onderweg naar boven worden we verrast met mooie bloemen van planten en bomen. Wat een groot contrast.

Vanmorgen ontdekken we voor het wegrijden dat nu de rechter bevestigingsbeugel van het kampeerbakje is afgebroken. We hebben intuitief gisteren de goede keus gemaakt om niet over de slechte mooie weg naar het noorden te rijden maar de veerpont te pakken. We sms-en het rampencoordinatiecentrum voor advies, maar gaan zelf ook op zoek naar mogelijke oplossingen. We moeten terug naar Puerto Varas, zo’n 50 kilometer goede asfaltweg. Dat moet wel lukken. We spreken af met Carlos van het nabijgelegen steunpunt Pt Montt, bij de Jumbo supermarkt. Ja die bestaat hier echt, misschien is het familie. Hij is wel groen in plaats van geel. En het assortiment is adembenemend vergeleken met de supermercado’s langs ruta 7. Verse groente, verse vis, bruine broodjes etc. We zijn vroeg dus doen gelijk boodschappen, maar vlak voor de kassa vraagt een grote witte man achter mij: are you Mr Ed? Carlos is op tijd, dat hadden we niet verwacht. Een paar straten verder zit het lasbedrijf. Ik geef als ervaringsdeskundige nog wat adviezen (haal de accu los etc) en daarna worden we weggestuurd om ergens te gaan lunchen. Carlos past op de auto. Als we een uur later terugkomen is er niemand meer bij het bedrijf. Siesta. Met wat sms verkeer komen we weer aan de autosleutel en kunnen we, met 5 uur vertraging weer op pad. Er is ook weer een voordeel aan dit oponthoud. Vanmorgen was de vulkaan door wolken  omgeven, en was het zicht boven zeer beperkt, nu is de lucht opengetrokken en mooi blauw.

De route aan de oostkant van het grote meer is nog mooier dan de zuidelijke en de westelijke. Maar we moeten nu een beetje doorrijden om nog op tijd een camping te vinden. Dat lukt in Entre Lagos. Aan de oever van het Lago Puyehue, met zicht op? Nog veel meer witte bergtoppen in de verte. Dit is het beroemde Chileense lake district. We kunnen er moeilijk afscheid van nemen, maar zullen binnenkort kilometers moeten gaan maken om in Santiago te komen, nog 1000 kilometer te gaan. Daar staat op het vliegveld een andere auto voor ons klaar voor de laatste 10 dagen. Een beetje relaxen in het gebied rond Santiago, strand, wijngaarden en nog wat cultuur misschien?

Er woont hier een paartje roofvogels, dat soms vlakbij rondscharrelt. Bijna tam en redelijk in de kijker te krijgen. Waarschijnlijk Chimango Caracara’s, de kleine versie van de zuidelijke Caracara. Ze komen hier algemeen voor als opruimers van eetbaar afval van mensen. Verder kopmeeuwtjes, die zagen we nog niet eerder hier, gakkende ibissen en schreeuwende kieviten. En veel zwaluwen, het zomert. Het water is niet koud, er wordt aan het einde van de warme dag enthousiast in gezwommen.

8-12 Naar Conaripe bij Villaricca

We worden op camping Esperanza welkom geheten door twee parende hagedissen aan de voet van een boom. Hun geritsel trekt de aandacht. Ik hoop dat ze resultaat boeken. En niet direct opgegeten worden door de Chimago’s die hier ook al rondscharrelen. Aan hun kleuren te zien zijn het Painted Tree Lizzards. Ik maak de campingbaas er op attent. Is dit gebruikelijk hier? Hij glimlacht. De camping is anders dan we tot nu toe gewend zijn. Beetje rommelig, hier en daar nog wat zwerfvuil. Muziek uit de auto van een stel dat iets verderop staat. Ook mensen die van de dagcamping gebruik maken om te zonnen en te zwemmen. De camping is nog niet helemaal klaar voor het seizoen. Opruimen, schoonmaken en hier en daar een likje verf. Het sanitair ziet er prima uit, zoals we dat inmiddels in dit land gewend zijn. Grappige oplossingen voor water en warmwater. Een groot vat op een toren en een houtoven om het water te verwarmen. Wel even van tevoren aangeven als je wilt douchen. Uitgeholde boomstam als spoelbak.

We kijken uit over het Lago Calafquén, een van de vele gletjsermeren in dit gebied. Ze stromen vol uit de bergen en leeg richting zee. Die laatste rivieren zijn groot en met veel stroomversnellingen. Gewild water voor raften en kanoën. Lago Ranco loopt over in de Rio Bravo en de weg loopt vlak langs de rivier als deze bij het meer begint. Op de mirador zien we een kano en twee raftvlotten in beeld komen. Eerst wat geaarzel in een ‘neer’, die de verkeerde kant op stroomt, en dan gaan ze vol in de stroomversnelling. Prachting om te zien hoe ze het water in duiken en kletsnat weer bovenkomen. Blij dat we dit zo mooi van boven kunnen zien. En zelf niet hoeven.

Vanaf Entre Lagos rijden we deze morgen een gele, en dus grotendeels onverharde weg naar het noorden. Die komt weer uit op een rode weg, en daar over kunnen we goed doorrijden in de goede richting zonder dat we de autopista op hoeven. Dat stellen we zo lang mogelijk uit. Via Crucero, Lago Ranco en Futrono rijden we naar Los Lagos. En daar weer oostwaarts naar Panguipulli. Dat maakt een gezellige toeristische indruk, en ook onderweg komen we veel populaire pleisterplaatsen tegen, waar busladingen zijn afgeleverd aan het meerstrand. Verder onder het Lago Calafquén naar het oosten en dan is onze camping ineens in beeld. Aan de meeroever, onder de rook van de Villarrica vulkaan. Die is in een dikke wolk gehuld, gelukkig zagen we hem uitgebreid op de heenreis.

Onderweg staat een aantal keer een aanduiding dat er een archeologische site is. Tegelijkertijd is het asfalt even vervangen door gruis. Ze mogen kennelijk niet asfalteren voor de site is onderzocht. Of moet je verplicht in de remmen om ook even te gaan kijken?

Vanaf hier rijden we richting noordwest, kruisen we de snelweg om verder zoveel mogelijk langs de kust te rijden.

9-12 Parque Nacional Nahuelbuta

Een donkere jongeman spreekt ons aan als we op een terras koffie drinken. Absoluut onverstaanbaar. We reageren afwijzend en vragen de cafebaas wat deze jongen wil. Het is een Creool, die spreken een taal die wij ook niet verstaan, zegt hij. Ook hij heeft geen moeite ons te ontmaskeren als buitenlanders en begint gelijk in het engels. Villarrica is een toeristisch plaatsje, dat nog wakker moet worden. Aan het gelijknamige meer en met zicht op de gelijknamige vulkaan. Activiteiten voor de jeugd worden vooral in Pucon georganiseerd, dat bezochten we op de heenweg. Een nogal sfeerloos dorp. Dit bevalt ons beter.

De auto voor ons staat stil. Starten, in de versnelling. Klein rukje naar voren. Klein rukje naar achteren. Stil. Zo gaat het nog 4 of 5 keer op deze steile helling van het zandige grindweggetje. We staan er achter, moeten een comfortabel gangetje omhoog afbreken voor deze kluns. Het is goed opletten op het bergweggetje. Steile hellingen en hier en daar knap rul zand maar vooral veel stenen die je moet ontwijken. Je moet er wat voor over hebben om in het park te willen kamperen. Dat lokt ons meer dan de populaire plekken voor stadse Chilenen in het weekend. Het park ligt ten zuiden van Concepcion en ten westen van het stadje Angol. Dat is een leuk stadje met een mooi sfeervol centraal park. Er staan vier beelden op de hoeken van de fonteinvijver, die de werelddelen voorstellen. Vier dames. Opvallend is de preutse miss Europa en de miss America zonder bovenkleding. En miss Africa ziet er verdacht blank uit. Het is uit een tijd waarvan we het wereldbeeld nu een beetje gedateerd vinden. Een reden om het maar af te breken en te vervangen door iets wat nu politiek correct is? 

We rijden nu snel naar het noorden. Een stuk ruta 5 om op te schieten. Als je zo doorrijdt ben je snel in Santiago en dat hoeft nog niet. Bij Collipulli slaan we daarom linksaf om de binnendoor route naar Concepcion te nemen. Daarvoor ligt Angol en dat is een mooie tussenstop. Daarna 35 kilometer zand- en gruisweg verder westelijk ligt het Nahuelbuta park. Beroemd om zijn oude Araucaria bomen, een voorwereldlijk uitziende ‘monkey puzzle tree’, zo genoemd omdat een aap goed zou moeten nadenken voordat hij deze bijzondere boom kan beklimmen. Die kan 50 meter hoog worden en heeft dan een zeer indrukwekkend dikke stam. Het oudste exemplaar van deze boom staat in dit park en is 1500 (of misschien wel 2000) jaar oud. De soort stamt nog uit het Jura tijdperk, 180 miljoen jaar geleden. Ook het draadmos komt hier veel voor, volgens de folder goed voor een sprookjesachtige sfeer. Wat daaraan minder bijdraagt zijn de vele megabromvliegen die graag om je hoofd cirkelen. De natuur is ook wel eens hinderlijk. De carpintera met zijn rode kop is er weer, een witkeel boomklever, evenals ritselende geverfde boom hagedissen. De camping bestaat uit een aantal prive plaatsen; we hebben moeite om de camper heelhuids door de dichte begroeiing te loodsen. Er is aardig wat volk, alleen Chilenen die hier met hun tent van de natuur genieten.

We horen zijn geluid ook in dit oerwoud, de chucao tapaculo. We hebben hemeen paar dagen terug bij toeval kunnen fotograferen. Dit kleine veelkleurige vogeltje is de veroorzaker van een soms plotseling concert in een verder stil bos. De natuurgids beschrijft het als een luide explosieve serie van ‘gobbling’ noten Chu chu chu chu. Daar hebben we niet veel aan toe te voegen. Hij wordt zelden waargenomen omdat hij zich terugtrekt in het dichte bos. We zagen hem bij de gletsjer van Quelat, en hoorden hem ook vaak zingen in het Pumalin park.

10-12 Naar het strand.

Een dag vol verrassingen. Het kamperen in het woud is rustig en zeer donker. De maan komt heel laat op en het andere licht aan de hemel wordt door het bos weggefilterd. In het begin is er nog wat rumoer van buren verderop, maar verder is het doodstil. Of het moet het beestje zijn dat soms nog even aan onze deur rammelt. We hebben een groot buitenlicht, maar geen wezen laat zich zien. Dus maar rustig slapen.

We plannen een kleine ochtendwandeling, omdat we daarna weer wat kilometers moeten rijden. Niet de hele ronde naar de mirador, maar alleen tot aan de zeer oude bomen waar je onder kan staan. Halverwege een kreet achter mij. Op het pad, vlak voor haar voeten zit op eens een dikke vogelspin. Zo groot als je hand. Ik ben er kennelijk overheen gelopen of langs gestapt. Hij blijft eerst roerloos zitten voor de foto, en schrijdt dan langzaam de berm in voor een filmpje. Zelden een zo goed gedresseerde spin gezien. Wel even schrikken hoor. Blij dat we niet in een tent slapen. Stel je voor, die harige poten op je blote buik.

De weg terug is een andere dan de heenweg. Eerst lijkt de modderpoel vlakbij de camping dieper dan gisteren en we voelen de auto achter naar rechts wegglijden. Gelukkig had ik net bedacht dat het leuk was de 4X4 aan te zetten. Dus we komen er zonder problemen door. Dan komt ons een pick up met belangrijke man tegemoet. Met een paar mooi opgeverfde dames in de gemeentelijke dienstauto. Hij draait zijn raam naar beneden bij het passeren, maar ik rij door, vanwege mijn allergie voor geverfde dames. Snel daarna begrijpen we waar hij ons voor wilde waarschuwen.  Er komen nog twee auto’s en daarna nog 4 bussen vol met gemeentepersoneel aan hun uiterlijk te zien. Een van de bussen probeert in de bocht ons te ontwijken maar aan de binnenkant van de haarspeld loopt hij vast. Ik stop even, nieuwsgierig naar de afloop, maar hij komt snel weer los.

Dan zien we opeens als achtergrondbeeld een hele reeks vulkanen. De weg uit het park, dat op 1200 meter ligt, daalt naar 150 meter, en dat geeft prachtige doorkijkjes op de laagvlakte met de rij vulkanen en andere ijsbedekte bergen.

Het is rustig, op het plein beneden in Angol, nu alle ambtenaren de berg op zijn. We bestellen koffie en een sandwich bij twee dames in een kraampje. 2000 pesos. Hier komen we vaker. De twee ontpoppen zich als toeristeninfopunt en geven ons allerlei tips voor onderweg. Een waterval die zich kan meten met Iguazu (niet helemaal waar, zegt ons boekje) en een goed restaurant in Concepcion.  Met beide gaat het niets worden helaas, maar we zijn blij met de tips.

Concepcion is een grote stad. Met voorsteden meegeteld 900.000 inwoners en dat is te merken. We rijden naar het centrale plein. Daar wemelt het van de ME en gepantserde groene busjes. Niet echt uitnodigend om een stadswandeling te maken. En overdekt parkeren in het centrum is met 3.25 hoogte ook al geen fijne optie. Dus we rijden naar buiten en lunchen op een mirador die uitkijkt op de oceaan en de haven van Concepcion. Langs de kust zitten hier geen campings. Wel noordelijker maar daarvoor moeten we een flink stuk landinwaarts om een rivier te kunnen passeren. Rond vijf uur komen we bij de geselecteerde camping, maar de toegangspoort is te laag. De volgende camping zit niet op de aangegeven plek. Maar bij de derde is het wel raak. Een alternatieve surfcamping met skateboard piste. Echt iets voor ons. De beheerders zijn aardige jongens, het is niet druk en we staan aan de rand van de oceaan. Overal langs de kust staan vluchtroutes aangegeven in geval van een tsunami, maar hier heb ik ze nog niet gezien. Best wel spannend, dit land. Aardbevingen, vulkaanuitbarstingen. En kamperen in een kurkdroog bos is niet helemaal vrij van risico op een bosbrandje.  

Foto’s

6 Reacties

  1. Epie Schipperse:
    11 december 2017
    Bijzonder zo,n vogelspin, maar wel eng!Nog een fijne reis en tot gauw. Groetjes Epie.
  2. Cees en Jacqueline:
    11 december 2017
    Gaaf hoor, prachtige trip zo te zien. Veel plezier nog!
  3. Ria&Leo:
    11 december 2017
    weer een mooi verhaal!
  4. Nelleke:
    11 december 2017
    Fantastisch Ed en Nicolet. Als je hier ook een boek van maakt wil ik er ook graag een.
    Wat maken jullie mooie verslagen van jullie reis.
    Groeten Nelleke
  5. Herman & Tine:
    11 december 2017
    Idd. weer een mooi verhaal zoals vogelspin, uitgeholde spoelbakboomstam, monkey puzzle tree etc.
    natuurparken lijken me prachtig met al die vogelsoorten...! Nog veel plezier verder, pas goed op je
    kampeerbus en jezelf en....bij ons....is het een beetje Sneeuwchaos momenteel ( Schiphol / NS etc )
    Je kent het wel !
  6. Jet:
    11 december 2017
    Weer genoten van jullie avonturen.